Landbouwverkeer: hoe ga je daar mee om?


De agrarische sector vertegenwoordigt een economisch belang. Landbouwverkeer – zeker in de landelijke gebieden – hoort daarbij. Maar bij landbouwverkeer gaat het om meer dan alleen de belangen van de agrarische sector bij een goede bereikbaarheid van agrarische bestemmingen. Er zijn ook de belangen van de bewoners van woningen in het gebied (zowel in de kernen, als in het buitengebied) en de belangen van andere weggebruikers (fietsers, automobilisten, vrachtverkeer, openbaar vervoer), zowel binnen als buiten de bebouwde kommen. Kortom, het gaat om (soms complexe) afwegingen tussen bereikbaarheid, verkeersveiligheid en leefbaarheid. Afwegingen waarbij vaak ook nog eens verschillende wegbeheerders betrokken zijn, met elk hun eigen belangen. Dat vraagt om een regionale aanpak.

In navolging van de provincie Zeeland (zie praktijk fietsers en landbouwverkeer in Zeeland), die als eerste provincie in Nederland een landbouwroutenetwerk definieerde, zijn in de afgelopen jaren in diverse regio’s in Zuid-Holland – met ondersteuning van adviesbureau TRIDÉE – landbouwroutenetwerken ontwikkeld. In 2018 ook in de Regio Hoeksche Waard.

Projectomschrijving

Het project bestond uit het definiëren van een landbouwroutenetwerk, het bepalen van kwaliteitseisen, de selectie van knelpunten, het duiden van globale oplossingsrichtingen en het bepalen van prioriteiten.

Eerst werden de routes geïnventariseerd die het landbouwverkeer het meest gebruikt, met als doel het bepalen van een regionaal netwerk van routes die gebruikt worden voor doorgaand landbouwverkeer. Dat zijn verplaatsingen met landbouwvoertuigen (voor agrarische doeleinden of anderszins) door loonwerkers en agrariërs over grotere afstanden binnen de regio. Het gaat dus niet om alle wegen die worden gebruikt voor de lokale verplaatsingen van agrariërs van en naar hun percelen.

Het doel van het opstellen van een regionaal netwerk landbouwverkeer is om:

  • het doorgaand landbouwverkeer te concentreren op een beperkt aantal routes, waarop deze verplaatsingen met landbouwvoertuigen vlot en (en voor alle weggebruikers) veilig kunnen worden afgewikkeld;
  • het gebruik van deze routes door de landbouwbranche te stimuleren;
  • de knelpunten op dit netwerk zoveel mogelijk op te lossen (inspanning wegbeheerders) en tot die tijd daar op een gepaste manier op te anticiperen (inspanning landbouwbranche).

In de Hoeksche Waard bestond – zoals in de meeste regio’s – geen overzicht van de routes die agrariërs en loonwerkers gebruiken voor het doorgaand landbouwverkeer. De routes werden daarom geïnventariseerd in twee bijeenkomsten met loonwerkers en agrariërs in het gebied. Daarnaast namen ook vertegenwoordigers deel namens de wegbeheerders in het gebied (gemeenten, waterschap, provincie) en namens de politie. Tijdens deze sessies tekenden we samen de belangrijkste routes in op een grote kaart van het gebied, alsook de belangrijkste herkomsten en bestemmingen. Daarna inventariseerden we de knelpunten die op deze routes worden ervaren door de landbouwsector en door de wegbeheerders en politie. Bij ieder knelpunt vroegen we ook alvast naar suggesties voor mogelijke oplossingsrichtingen.

Aansluitend op deze sessies werd in nauw overleg met de gemeenten ook een drietal bijeenkomsten voor inwoners en vertegenwoordigers van relevante lokale maatschappelijke organisaties (waaronder dorpsraden en de Fietsersbond) georganiseerd. Tijdens de bijeenkomsten inventariseerden we de knelpunten die bewoners en weggebruikers ervaren en noteerden ook suggesties voor mogelijke oplossingsrichtingen. Het geïnventariseerde netwerk hebben we vervolgens beoordeeld op regionale maaswijdte en consistentie.

In totaal werden tijdens de sessies 41 knelpunten op het regionale netwerk van landbouwroutes genoteerd. Het ging om 11 typen knelpunten:

  1. Landbouwverkeer op dijken met woningen.
  2. Landbouwverkeer door dorpskernen.
  3. Landbouwverkeer op smalle wegen met veel fietsers.
  4. Landbouwverkeer op overige smalle wegen.
  5. Landbouwverkeer op 80 km/u wegen.
  6. Voor landbouwverkeer onveilige en/of lastige punten: onoverzichtelijke kruispunten, krappe bochten of versmallingen, e.d.
  7. Achterstallig onderhoud aan wegen en bermen.
  8. Snelheidsovertredingen door o.a. landbouwverkeer.
  9. Achtergelaten modder door landbouwverkeer.
  10. Gevoerde verlichting door landbouwvoertuigen.
  11. Onhandige locatie van loonwerkbedrijven of agrarische productverwerkingsbedrijven.

Vervolgens zijn per type knelpunt mogelijke globale oplossingsrichtingen beschreven. Voor wat betreft knelpunten met fietsers is aangegeven dat op routes van het regionaal netwerk landbouwverkeer met veel fietsers de wegen bij voorkeur vrijliggende fietspaden moeten hebben. Waar dit niet kan, moet het landbouwverkeer twee naast elkaar rijdende fietsers en tegemoetkomend autoverkeer of vrachtverkeer veilig kunnen passeren. De 60 km/u wegen van het regionaal landbouwroutenetwerk moeten daarom minstens 5,5 meter breed zijn. Ook verdient het aanbrengen van 0,6 meter bermverhardingselementen aan weerszijden aanbeveling, zodat ook twee landbouwvoertuigen elkaar kunnen passeren zonder de bermen kapot te rijden.

Tenslotte zijn de knelpunten geprioriteerd: er werd prioriteit gegeven aan knelpunten in de kernen (2) en knelpunten voor fietsers (3) en aan een aantal quick wins. Ook is aanbevolen om afspraken te maken met de landbouwsector over het gebruik van routes en snelheidsbeheersing binnen de kernen en ter plaatse van bebouwing langs dijken.

Initiatiefnemers

Regionale Projectgroep Verkeersveiligheid Hoeksche Waard

Contact

Danny van Os

  • Regionale Projectgroep Verkeersveiligheid Hoeksche Waard
  • +31 6 15 36 36 16.

Koos Louwerse

Locatie

Hoeksche Waard

Betrokken partijen

  • De wegbeheerders: de gemeenten in de Hoeksche Waard, de Provincie Zuid-Holland en het Waterschap Hollandse Delta.
  • Andere organisaties: CUMELA (loonwerkers), LTO (agrariërs), Fietsersbond.

Evaluatie

Het landbouwroutenetwerk wordt opgenomen in het regionale verkeer- en vervoerplan. De lijst met knelpunten is toegevoegd aan het totale wegenprogramma van de Hoeksche Waard. De komende jaren zullen de projecten rond landbouwverkeer worden meegenomen in de prioriteitenbepaling.

Investering

Er is geen doorrekening gemaakt van de benodigde investeringen. Er bestaat ook geen apart budget voor de oplossing van de knelpunten. De oplossingen moeten ‘meeliften’ met andere werkzaamheden die plaatsvinden aan de wegen in de Hoeksche Waard.

Dit vind je zeker ook interessant

Praktijk

Publicatie CROW-Fietsberaad ‘Mengen fietsers en voetgangers?’

Praktijk

Het profiel van de gebruiker van de speedpedelec

Document

Functietoekenningsplannen voor landbouw en fietsverkeer