​Vlaming fietst meer en verder


​​​De resultaten van de tweede FietsTelweek bevestigen de tendensen van 2015. Steeds meer Vlamingen springen op de fiets. De FietsTelweek toont aan dat het fietsverkeer in Vlaanderen jaarlijks stijgt met ongeveer 2 tot 6 %. De groei laat zich sterk zien in de kernen van steden en gemeenten en langs de fietssnelwegen. Ook valt op dat de fietsafstanden toenemen. De Vlaming is bereid om langer te fietsen, hoofdzakelijk langs de gerealiseerde fietssnelwegen en voor verplaatsingen naar het werk.

Onder impuls van Fietsberaad Vlaanderen verzamelden de Vlaamse overheid, de gemeenten, de provincies en vrijwilligers van de Fietsersbond tussen 19 en 26 september 2016 gegevens om het fietsgedrag van de Vlaming beter te begrijpen. Dit gebeurde aan de hand van twee telmethoden: teldata van fietsers die een bepaalde plek passeerden én fietstrajecten op basis van de FietsTelApp. Universiteit Gent verzamelde alle data en rapporteerde de nieuwe fietsinzichten en –kaarten. De resultaten geven bijkomend inzicht in wat het Onderzoek VerplaatsingsGedrag (OVG) vorige week voorstelde. Zij bekijken het algemeen verplaatsingsgedrag van de Vlamingen en het aandeel van de fiets daarin. De FietsTelweek daarentegen kijkt enkel naar de Vlaming die al fietst. De resultaten spreken elkaar dus niet tegen.

Goede infrastructuur leidt tot meer fietsers, zowel tussen de kernen als er buiten.

Uit de gegevens van de FietsTelweek blijkt dat het merendeel van de fietsverplaatsingen van, naar of binnen een stedelijke of gemeentelijke kern gebeurt. De Vlaming fiets hierbij gemiddeld zo’n 5,75 km. “Deze resultaten pleiten voor een fietsvriendelijk beleid in stads- en dorpskernen”, zegt Wout Baert van het kenniscentrum Fietsberaad Vlaanderen. “Het aantal fietsers neemt toe en dat vraagt om meer ruimte. Gemeenten kunnen hierop inspelen door de aanleg van een zone 30, van fiets- en schoolstraten en door aangepaste circulatie- en parkeermaatregelen die het autoverkeer beperken in snelheid of aantal. Die maatregelen zullen bovendien de toename van het aantal fietsers versnellen.”

Fietssnelwegen doen de Vlaming ook effectief verder fietsen. Fietsverplaatsingen langs een fietssnelweg  hebben een gemiddelde lengte van 11,8 km. Dat is behoorlijk lang want de gemiddelde lengte van alle geregistreerde fietsverplaatsingen bedraagt 5,75 km. Ook de gemiddelde snelheid langs fietssnelwegen ligt een stuk hoger (gemiddeld 3 km/u sneller:  23,8 t.o.v. 20,6 km/u voor trips langs gewone wegen). Deze resultaten weerspiegelen de geregistreerde fietsverplaatsingen van de app gebruikers. “Het geeft wel aan dat het fietsbeleid meer rekening zal moeten houden met snelheidsverschillen tussen fietsers,” zo stelt Wout Baert.

Vlaams minister van Mobiliteit Ben Weyts is blij met de resultaten: “Vlaanderen is al fietsland in het weekend en kan het ook worden tijdens de werkweek. Het investeringsbudget voor de fiets wordt daarom met een kwart verhoogd: we willen de magische kaap van 100 miljoen euro per jaar ronden. De focus ligt op 80 nieuwe fietssnelwegen en het wegwerken van belangrijke missing links. Zo willen we Vlamingen verleiden om ook langere afstanden te fietsen”. Mikaël Van Eeckhoudt, van de Fietsersbond vat het als volgt samen:“Fietssnelwegen bedienen duidelijk een publiek dat gemiddeld langere fietsafstanden aflegt aan een hogere snelheid – de fietspendelaar. Fietssnelwegen laten eindelijk toe om langere woon-werkverplaatsingen per (elektrische) fiets af te leggen. Zij vormen een efficiënt middel om van de auto naar de fiets over te stappen”.

Fietsfiles

Het Agentschap Wegen en Verkeer heeft in het kader van de FietsTelweek kruispunttellingen uitgevoerd in Leuven, Gent en Antwerpen om het fenomeen van fietsfiles ter hoogte van kruispunten met verkeerslichten in kaart te brengen. Fietsfiles zijn plaatsen waar fietsers niet binnen eenzelfde groentijd aan de overzijde van het kruispunt geraken.

Algemeen kan gesteld worden dat wachttijden duidelijk verband houden met de complexiteit van kruispunten. Fietsvertragingen nemen vooral toe op kruispunten met een duidelijke hoofd- en ondergeschikte richting, zoals de Naamsepoort te Leuven en de Heuvelpoort te Gent. Deze kruispunten hebben een duidelijke hoofdrichting (de stadsring) die een langere groentijd heeft.

Daarnaast is het belangrijk na te gaan hoeveel fietsers deze vertragingen ondervinden. Idealiter ervaren de drukste fietsrichtingen de kortste wachttijden en variëren deze in functie van de verkeersdrukte gedurende de dag. Veelal wordt de prioritering bepaald in functie van het autoverkeer en stemt dit niet noodzakelijk overeen met het fietsverkeer. “Op kruispunten met aparte fietsinfrastructuur kan je binnen eenzelfde groenfase veel meer fietsers bereiken dan auto’s,” aldus Wout Baert. “Een prioritering voor het fietsverkeer kan dus een positieve invloed hebben op de verkeerscapaciteit van kruispunten.”

Gemeenten investeren in het verzamelen van fietsdata

Tijdens de voorbije editie groeide het aantal deelnemende gemeenten van 150 naar 161 en het aantal geregistreerde fietsbewegingen van 1 naar meer dan 2 miljoen fietsers. “Overheden zijn er zich steeds meer bewust van dat het verzamelen van fietsdata belangrijk is om een goed fietsbeleid te voeren”, zegt Wout Baert. “Dat blijkt uit de vragen die we ontvangen over telmethoden om fietsers te registreren en de grote deelname van gemeenten aan de FietsTelweek.”

FietsTelApp genereert globale fietskaart van Vlaanderen

Met de FietsTelApp werden 26.700 fietstrajecten verzameld, een stijging van 52% ten opzichte van 2015. De app gebruikers fietsten in totaal 152.000 km, dat is bijna 4 keer de wereld rond en meer dan een verdubbeling ten opzichte van 2015, toen we 70.000 km fietskilometers verzamelden.​​